1:04:05
Kom mee.
1:04:07
Rennen.
1:04:49
Liefste Helen.
Na de aanval bouwden we een boot.
1:04:54
Daartoe bonden we gevonden riet samen.
Van onze dekens maakten we zeilen.
1:05:00
Na lang zwoegen
hadden we 'n prachtige boot.
1:05:20
Lieve Helen. De noordwesterwind
voert ons gestaag verder.
1:05:25
Mijn wonden helen hier sneller
dan boven.
1:05:29
De slangenbeet van Alice ook,
als het een slang was.
1:05:37
De zee is zo groot. En voert de wind
ons wel in de richting van Casper ?
1:05:43
We zoeken een speld in een hooiberg.
- Daar hou ik wel van.
1:05:50
En zo groot is deze zee niet.
1:05:53
Niet groter dan 't Oneidameer.
- Ben je daar geweest ?
1:05:57
Als jongen
kwam ik er altijd in de zomer.