Frankenstein
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:34:08
Vlug, dokter. Kom mee.
:34:17
Terug jij.
:34:23
Wegwezen, snel.
:34:47
Hij haatte Fritz.
Die liep hem altijd te sarren.

:34:53
Je mag nu niet instorten.
:34:55
- Hoe lossen we dit op ?
- Wilde beesten maak je af.

:34:58
- Ga 'n spuit halen om 'm te verdoven.
- Moord dus.

:35:02
We hebben geen keus. Die deur houdt
het niet lang meer. Schiet nou op.

:35:18
- Heb je de spuit ?
- Er zit extra veel morfine in.

:35:22
Mooi. Dit is het plan.
:35:24
Jij gaat daar staan. Als hij op je
afkomt, spuit ik hem in z'n rug.

:35:30
Klaar ?
:35:57
Achteruit jij. Terug.

vorige.
volgende.