:48:02
- Een vriendin voor jou.
- Vrouw ?
:48:06
Vriend. Ja.
:48:09
Ik wil een vriend. Net als ik.
:48:13
Ik kan jou wel gebruiken.
:48:16
Je kunt de zaken
op de spits drijven als het nodig is.
:48:20
Weet je wie Henry Frankenstein is ?
En weet je wie jij bent ?
:48:25
Ja, dat weet ik.
:48:28
Maakte me van de doden.
:48:32
Ik hou van doden.
:48:35
Ik haat de levenden.
:48:37
Je bent slim voor je leeftijd.
:48:40
We gaan hierover babbelen
en dan moet ik nodig bij iemand langs.
:48:49
Vrouw. Vriendin.
:48:54
Mijn vrouw.
:49:00
Die Dr. Pretorius is er weer.
:49:03
Ik wist het.
:49:05
- Stuur hem weg. Ik ontvang hem niet.
- Dat is goed.
:49:12
Goeienavond, Henry.
:49:15
Barones, ik heb nog niet de kans gehad
om u te feliciteren met uw huwelijk.
:49:21
- Dat doe ik bij dezen.
- Dr. Pretorius.
:49:25
Ik weet niet wat u komt bespreken,
maar ik ben niet bang voor u.
:49:31
Henry is ziek geweest,
hij kan die spanningen niet aan.
:49:35
U komt bijzonder ongelegen.
:49:40
De koets is er al.
Ik zorg dat ze de bagage inladen.
:49:44
En dan vertrekken we.
:49:52
Je weet vast wat ik kom doen.
:49:56
Ik heb de voorbereidingen getroffen.
Mijn taak is volbracht.