The Wizard of Oz
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:52:02
- Laat ons met rust.
- o, ben je bang ?

:52:07
Hoe lang blijf jij vers in dat blik ?
:52:11
Sta op en vecht, bibberende
schroothoop.

:52:15
Boksen, scheve strobaal.
:52:18
Je wordt wel persoonlijk, leeuw.
:52:21
- Sta op en leer hem een lesje.
- Waarom leer jij 'm geen lesje ?

:52:25
Ik ken hem nauwelijks.
:52:29
Jou zal ik wel krijgen.
:52:41
- Schaam je.
- Waarom doe je dat nou ?

:52:45
- Ik heb 'm niet eens gebeten.
- Maar dat wou je wel.

:52:48
kan je wel, tegen zo'n klein hondje ?
:52:52
Maar je had me toch niet hoeven slaan ?
:52:56
- Heb ik een bloedneus ?
- Natuurlijk niet.

:53:02
Je maakt er wel een drama van.
:53:04
kan je wel, tegen wezens die
zwakker zijn dan jij ?

:53:09
- Je bent gewoon 'n grote lafaard.
- Ja, ik ben een lafaard.

:53:14
Ik heb geen sprankje moed.
:53:16
Ik ben zelfs bang voor mezelf.
:53:20
Zie je de wallen onder m'n ogen ?
Ik heb al in geen weken geslapen.

:53:24
- Ga dan schaapjes tellen.
- Nee, ik ben bang voor schapen.

:53:30
Wat jammer nou. Zou de tovenaar
hem ook kunnen helpen ?

:53:35
Tja, waarom niet ?
:53:37
Wij gaan naar de tovenaar om
voor hem een hart te vragen.

:53:42
- En hersenen voor hem.
- Hij kan je vast moed geven.

:53:45
Vind je het niet erg om met 'n
laffe leeuw gezien te worden ?

:53:51
- Dat zou ik wel vinden.
- Welnee.

:53:54
Dat is heel aardig van je.
:53:59
Mijn leven is gewoon ondraaglijk.

vorige.
volgende.