Alice in Wonderland
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:36:00
Toevallig wel.
:36:03
Daarnet tenminste.
:36:04
En je eet zeker ook geen eieren ?
:36:07
Dat wel...
- Zie je wel ?

:36:09
Ik wist 't wel.
Serpent...

:36:14
Stel je niet zo aan.
:36:18
En van de andere kant...
:36:19
Het idee:
:36:21
Ik maar eieren leggen
en zo'n serpent eet ze op.

:36:34
Mijn hemel.
:36:36
Zou ik het ooit
onder de knie krijgen ?

:36:45
Zo, dat is beter.
:36:49
Die zal ik maar goed bewaren.
:36:55
's Even kijken.
Waar was ik gebleven ?

:37:02
Ik vraag me af
welke kant ik op moet.

:37:05
't wier bradig
en de spiramants

:37:09
bedroorden slendig in het zwiets
:37:13
hoe klarig waren de ooiefants
:37:17
bij 't bluifen der beriets
:37:21
Waar zou dat vandaan komen ?
:37:25
Zijn we iets kwijt ?
:37:30
Nee... ik vroeg me alleen af...
- Dat geeft niet, hoor.

:37:34
Heb je even ?
:37:40
Refrein:
:37:41
't wier bradig, en de spiramants
:37:45
bedroorden slendig in het zwiets
:37:50
U bent een kat.
:37:53
Een Kolderkat.
:37:54
hoe klarig waren de ooiefants
:37:58
Wacht. Ga nou niet weg.

vorige.
volgende.