Trapeze
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:55:04
- Hoe lang blijf je daar staan kijken, Otto?
- Ik ben bijna uitgekeken.

:55:10
Die knul is een kanonskogel. Hij moet
iemand met twee goeie benen hebben.

:55:16
Klaar?
:56:05
- Hoor je dat? Ze klappen voor jou.
- Nog eens?

:56:09
Lk zou me maar
aan het programma houden.

:56:28
- Dat joch heeft stijl.
- Ach.

:56:31
De laatste keer dat ik Mike zag, viel hij.
Dit doet me deugd.


vorige.
volgende.