1:33:12
- Heb jij al gegeten?
- Geen tijd.
1:33:15
Ik eet wel een boterham op kantoor.
1:33:18
Hoe bedoel je?
Stuur je op een zenuwinzinking aan?
1:33:22
Je werkt je over de kop.
1:33:25
Werken, studeren,
je rent van hot naar haar.
1:33:28
- Ik word op m'n wenken bediend.
- Daar geniet ik van.
1:33:31
Praat niet zo dom
en zorg dat je beter wordt.
1:33:36
Ik probeer er echt geen misbruik van
te maken.
1:33:41
Als je me vraagt wat er aan de hand is:
ik ben bang.
1:33:55
Bang waarvoor?
1:33:58
Nou, ik ben eraan gewend
dat je hier bent.
1:34:03
Je spullen,
je stropdassen liggen overal.
1:34:06
Als ik opsta,
gaan die stropdassen naar jouw huis.
1:34:10
Misschien blijf ik daarom wel
aan dit bed gekluisterd.
1:34:16
Verliefd zijn maakt je
een beter mens, hè?
1:34:22
Laten we de daad
bij het woord voegen.
1:34:27
- Wat doe je?
- Ik schrijf m'n huisbaas.
1:34:30
Hij moet een andere huurder zoeken.
1:34:33
Ik wist niet dat je zo gek was op
stropdassen. Ik heb nog veel meer.
1:34:39
Ik had dit al weken geleden
moeten doen. Ik stond er niet bij stil.
1:34:55
"Hoogachtend, Jerry Ryan."