:32:01
Annie had dus geen plannen?
:32:04
Fijn dat u kon komen. Heeft u honger?
:32:06
We eten zo. Er is iets met de kippen.
:32:10
Er is niets met ze.
Ik ga Fred bellen.
:32:14
Wat haalt dat uit?
De kippen eten niet.
:32:17
Hij heeft me het voer verkocht.
- Het risico is voor de koper.
:32:21
Aan wiens kant sta je?
- Ik citeer de wet.
:32:33
Ik ben zo klaar, Miss...
:32:34
Hallo, Fred. Je spreekt met
Lydia Brenner.
:32:37
Iets drinken?
:32:40
Dat kippenvoer dat ik van je heb,
deugt niet.
:32:43
Ze willen het niet eten.
:32:48
Ze hebben steeds honger,
maar ze raken het niet aan.
:32:53
Als kippen niet eten, ligt het aan
het voer. Dat weet je best.
:32:59
Nee, het zijn geen kieskeurige kippen.
:33:02
Wie? Wat heeft die ermee te maken?
:33:06
Is dat je vader?
:33:08
Het kan me niet schelen hoeveel zakken
kippenvoer je hem verkocht hebt.
:33:17
Dan Fawcett?
:33:19
Vanmiddag? Dat bewijst dan toch
dat dat voer niet deugt?
:33:29
Dan ga ik maar even naar hem toe.
:33:32
Je denkt toch niet dat er
een kippenziekte heerst?
:33:36
Nee, ze zien er niet ziek uit.
Ze willen alleen niet eten.
:33:46
Ik ga maar eens naar hem toe.
:33:58
Dan Fawcett had hem ook gebeld
dat z'n kippen niet willen eten.