:35:00
	Welke jongedame zou dat nou willen ?
:35:03
	Ik dacht dat ik haar herkende.
:35:06
	Heeft hij u herkend ?
:35:08
	U hebt haar niet herkend.
- Ik dacht het alleen. Sorry.
:35:13
	Je hebt keurig sorry gezegd.
Dus je kunt gaan.
:35:22
	Dat is snel.
- Ja. Wie is die fan ?
:35:25
	Ik heb een van die gezichten...
:35:28
	Wie gaat er winnen ?
:35:30
	Ik wil naar Telepathy in de paddock.
Ik kende 'm al toen hij twee was.
:35:59
	Ik geloof dat dat hem is.
Ja, nummer acht.
:36:12
	Een beetje een slungel,
maar ik vertrouw op u.
:36:16
	Wat is er ?
- Niet op hem inzetten.
:36:19
	Waarom niet ?
- Hij heeft glasogen. Zullen we gaan ?
:36:36
	Wat bent u braaf.
U drinkt niet, u wedt niet.
:36:40
	Voor de mazzel.
- Daar geloof ik niet in.
:36:45
	Waar gelooft u wel in ?
- Nergens in.
:36:49
	In paarden. Die lijken tenminste niet
op mensen.
:36:54
	Ja, de mensen zijn slecht.
- Meestal wel.
:36:58
	Hebt u een moeilijke jeugd gehad ?
- Niet bepaald.