Mary Poppins
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:54:02
voorbeeldig
1:54:04
en toen kwam zij
ik weet niet wat ze wil

1:54:12
maar al mijn ambities,
't is echt waar

1:54:17
storten in elkaar
1:54:22
en dat is een hele bittere
1:54:29
pil
1:54:31
Het komt door Mary Poppins.
1:54:33
Ik ken die Mary Poppins wel.
Ze zingt altijd:

1:54:37
een lepeltje suiker doet goed
1:54:44
want het maakt
al je rauwe bonen zoet

1:54:49
Dat bedoel ik nou.
Alleen maar zoete bonen.

1:54:54
En ze stuurt alles in de war.
1:54:57
een lepeltje suiker doet goed
1:55:02
neem elke dag zo'n lepeltje zoet
1:55:08
Je schiet er niets mee op.
- Weet je wat ze gedaan heeft ?

1:55:12
Zij heeft me gedwongen
de kinderen mee te nemen.

1:55:17
Moest u uw kinderen meenemen ?
1:55:19
Schandalig. Een man die zoveel
belangrijke dingen moet doen.

1:55:26
u bekleedt een hoge positie
da's iets wat ik benijd

1:55:33
maar als uw kleintjes huilen
dan heeft u geen tijd

1:55:40
en toch kijken ze lachend
steeds naar u op

1:55:48
omdat hun vader altijd raad weet
hun vader, die is top

1:55:56
Maar u heeft gelijk.
1:55:59
u moet werken, werken
u werkt zich half dood


vorige.
volgende.