:10:01
Ik zoek iemand.
:10:04
Begrijp je ?
:10:09
De persoon die ik zoek,
is mijn nichtje.
:10:16
Ga alsjeblieft zitten.
:10:20
Hoe heet je ?
- Tonya Komarova, generaal.
:10:24
Ze hebben je toch
in Mongolië gevonden ?
:10:28
Wat deed je daar ?
- Ik was verdwaald en alleen.
:10:32
Hoe kwam dat ?
- Dat weet ik niet.
:10:35
Heette je vader Komarovsky ?
:10:38
Dat denk ik, kameraad generaal.
Het is een gewone naam.
:10:43
Weet je nog wie je vader was ?
:10:47
Weet je nog wie je moeder was ?
:10:50
Ik herinner me m'n moeder.
- Hoe heette ze ?
:10:54
Mammie.
:10:56
Hoe was ze ?
Ik bedoel, hoe zag ze eruit ?
:11:00
Groot.
:11:04
Ik was klein.
Ze zag er groot uit.
:11:15
Kun je lezen ?
- Ja.
:11:18
Lara, een Gedichtencyclus
door Y.A. Zhivago.
:11:22
Mijn halfbroer.
:11:27
Ik zoek de dochter van die man.
:11:36
Dit moet haar moeder zijn.
:11:45
Werd je moeder wel 's
Lara genoemd ?
:11:48
Ik weet 't niet.
Ik dacht 't niet.
:11:54
Ze ziet er lief uit.
:11:58
Ik ben uw nichtje niet.
- Ik lijk geen ideale oom.