:50:06
Haalt ze het ?
:50:09
Water.
:50:16
Ze haalt 't, hè ?
:50:19
Raar geval. Die man... spreekt
in 't openbaar.
:50:24
Is bevriend met de regering.
Bevriend met iedereen.
:50:28
En dat riskeert hij allemaal.
Daarvoor.
:50:32
Zo zien dichters ze niet, hè ?
Zo zien artsen ze.
:50:36
Zo zijn ze.
:50:38
Vanaf hier lijkt ze heel mooi.
:50:42
Jij bent een hopeloos geval.
:50:49
Er is 'n kind bij betrokken.
Haar dochter.
:50:54
Ze had eerst aan Lara
moeten denken.
:50:58
Weet dat meisje ervan ?
- Helaas wel.
:51:01
Is ze hier ? Zeg haar maar
dat haar moeder in leven blijft.
:51:07
Wacht even, Victor.
:51:13
Wat moeten we hierover zeggen ?
:51:17
Moeten we iets zeggen ?
- Wat zeg ik in 't ziekenhuis ?
:51:22
Dat hoeft niet moeilijk te zijn,
Boris.