Hombre
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:27:02
Goed.
1:27:12
- Iemand thuis ?
- We horen je wel.

1:27:15
Kom naar buiten. Dan kunnen we praten.
1:27:18
Zeg maar wat je wilt.
1:27:21
Willen jullie niet naar huis ?
1:27:24
- Wat denk je dan ?
- Het staat je aan te kijken.

1:27:27
Wij hebben alle tijd.
1:27:31
Ik kan iemand eten en water laten halen,
maar jullie kunnen geen kant op.

1:27:35
Jullie kunnen pas weg als ik 't toelaat.
1:27:39
Wat stel je voor ?
1:27:41
Jij geeft ons het geld.
Wij geven jullie de vrouw.

1:27:45
We moeten praten.
1:27:46
Doe dat maar. We laten je de vrouw zien.
Misschien helpt dat.

1:27:51
Als je klaar bent, kan je 't geld
beneden brengen en haar meenemen.

1:27:55
Stel 's voor.
1:27:58
Stel dat niemand deze vrouw wil.
1:28:02
Dat geeft niet.
1:28:04
Maar jullie vertrekken niet met 't geld
en dat is de hoofdzaak.

1:28:10
Ik heb een vraag.
1:28:12
Welke ?
1:28:13
Hoe kom je de heuvel af ?
1:28:17
Langs dezelfde weg
waarmee ik naar boven ben gekomen.

1:28:21
Hoor je me nu ? Niet doen !

vorige.
volgende.