Bandolero!
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:25:01
Ik weet niet wat ik moet zeggen.
- Zeg dan maar niks.

1:25:06
Nu snap ik wat ik bedoelde toen je
zei dat je wel aan geld kon komen.

1:25:12
Jij wilde onze ranch betalen
met gestolen geld.

1:25:18
Het was maar een idee.
1:25:20
Gelukkig hoeft ma
dit niet meer mee te maken.

1:25:23
Ik vind het jammer dat pa
dit niet meer kan meemaken.

1:25:28
Zie je het voor je?
Pa met 10.000 dollar.

1:25:32
Hij wist niet eens
dat er zo veel geld bestond.

1:25:38
Ik word misselijk.
1:25:42
Bind ze vast. Allemaal.
1:26:01
We gaan morgen naar huis, hè?
1:26:09
Ik hoop het wel.
1:26:17
Ik heb een slaapplaats voor je.
- Ik vind het prima om hier te slapen.

1:26:23
Dat lijkt me geen goed idee.
Het is niet echt gepast.

1:26:52
Die kant op.

vorige.
volgende.