:01:02
Van de Beatles?
:01:05
En van mij?
:01:23
Is dit boek er?
-Heb je zelf een bibliotheek?
:01:26
Geef antwoord, alsjeblieft.
-Jij eerst.
:01:30
We mogen jullie bibliotheek gebruiken.
:01:33
Het is niet wat mag, maar wat hoort.
:01:35
Harvard heeft 5 miljoen boeken,
Radcliffe een paar duizend.
:01:39
Ik heb morgen tentamen, verdomme.
:01:43
Niet vloeken, preppie.
:01:47
Waarom zou ik van
een prep school komen?
:01:50
Je lijkt me dom en rijk.
-Maar ik ben slim en arm.
:01:54
Nee, dat ben ik.
:01:56
Waarom slim?
-Ik ga niet met je koffiedrinken.
:02:00
Ik nodig je niet uit.
-Daarom ben je dom.
:02:08
Literatuur 105, niet slecht.
:02:11
Muziek 150, niet gek. Muziek 201,
dat is een postdoctorale cursus.
:02:17
Renaissance-polyfonie.
-Wat is dat?
:02:20
Het heeft niets met seks te maken.
:02:23
Ik heb gezegd dat ik Oliver heet.
:02:25
Voor- of achternaam?
-Voornaam.
:02:28
En verder?
-Barrett.
:02:31
Net als de dichter?
-Maar het is geen familie.
:02:35
Barrett, net als het gebouw?
:02:40
Ik drink koffie met
een Harvard-gebouw.
:02:43
M'n overgrootvader heeft het gebouw
aan Harvard geschonken.
:02:47
Zodat jij zou worden toegelaten.
:02:50
Waarom wou je per se koffie met me
drinken als je me zo'n minkukel vindt?
:02:56
Vanwege je prachtlichaam.