:46:02
Dat kon ook niet.
:46:06
Weet je, Dave,
ik moet hier een verslag van maken.
:46:10
Maar dat doe je niet.
Weet je, Tobie is terug.
:46:13
Ik vertel het haar liever
dan dat ze het ergens in de krant leest.
:46:17
Dat wist ik niet. Ik zeg 't wel tegen Marie.
We verzinnen wel wat.
:46:22
- Blijft iemand hier vandaag?
- Ik. Ik zal hier blijven.
:46:26
Ik gaf haar veel slaapmiddelen.
:46:28
Laat 'r uitslapen
voordat je 'r naar huis brengt.
:46:30
- Hoe lang gaat dat duren?
- Moeilijk te zeggen. Waarom?
:46:34
- Ik wil Tobie vanavond mee uitnemen.
- Geen probleem.
:46:37
Ze zal vanmiddag
rond vijf uur wakker worden.
:46:42
Komt alles in orde met haar?
:46:46
De sneden waren nogal oppervlakkig.
:46:48
Ik bedoel,
zal ze het nog een keer proberen?
:46:52
Waarschijnlijk niet.
:46:55
Maar hou haar in de gaten.
:46:56
Ik zou haar niet alleen laten als ze
ongewoon depressief of onzeker lijkt.
:47:01
Ga zelf ook maar slapen.
Je ziet er vreselijk uit.
:47:06
Bel me als het nodig is.
:47:07
Bedankt, Frank. Ik waardeer het echt.
:47:29
Hoe voel je je?
:47:31
Okè. Goed.
:47:34
Hier.
:47:38
Dank je.
:47:40
Ik heb wat soep voor je.
:47:43
Het ziet er goed uit.
:47:50
Ik weet niet wat ik moet zeggen.
:47:52
Het maakt me bang erover na te denken.
:47:54
Denk er niet over na.
:47:56
Ik bedoel niet mezelf. Ik bedoel jou.