1:32:04
Wil je me neerschieten?
Toe dan.
1:32:07
Toe dan, Rob.
1:32:10
Doe het.
Doe het dan.
1:32:14
Ik weet zeker dat je het kan.
Ga je gang, doe het.
1:32:36
Mijn Hugo maakt ze,
hij is vast blij met u als klant.
1:32:40
Neem hem gevangen.
-Nee, hij gaat met mij mee.
1:32:47
Waar kan hij heen?
Okee, neemt u hem maar mee.
1:32:54
Raad eens, dokter.
Ze heeft honger.
1:33:05
Geen twijfel mogelijk, kolonel.
De hond gaat vooruit.
1:33:10
Zegt u het Chamberlain toch.
Hij heeft wat aan die informatie.
1:33:16
Waarom? Omdat die hond
een korte opleving heeft?
1:33:20
Ik geef ze daar geen valse hoop.
Of erger nog...
1:33:24
ze 't idee geven
om de trein te stoppen.
1:33:28
Waarom zit u dat zo hoog?
1:33:39
Dank u. Wat een wonder.
1:33:42
Ik verricht er straks nog een paar.
Kijk eens aan.
1:33:53
Hoe is het?
-Al een stuk beter.
1:33:56
Nog 'n zere keel?
-Een klein beetje maar.