:49:06
Waarom heb je niet gezegd
dat je kon lezen?
:49:10
lk was bang.
:49:12
lk begrijp het.
- lk was bang om te praten.
:49:22
Vergeef me alstublieft.
:49:35
Kunt u zich voorstellen wat voor leven
hij gehad heeft? - lk denk het wel.
:49:40
Dat betwijfel ik. Dat kan
niemand van ons zich voorstellen.
:49:55
Zijn verschijning is zo vreesaanjagend
dat vrouwen en zenuwzwakke mensen
:50:01
bij zijn aanblik vluchten
:50:05
en hij geen mogelijkheid heeft om op
normale wijze zijn brood te verdienen.
:50:10
Maar hij is bovengemiddeld intelligent
en hij kan lezen en schrijven,
:50:14
is rustig, zachtmoedig,
ja, zelfs verfijnd van aard.
:50:28
Deze heer
zou ik heel graag leren kennen.
:50:56
Heb je dit gelezen?
- Nee.