Scanners
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:14:16
Rustig, straks worden we aangehouden.
- En terecht.

:14:21
Waarom moest het in die fabriek ?
:14:24
Omdat hij een scanner is. Ze willen
hem uit de buurt. Ze zijn bang.

:14:30
Hij is ook een scanner.
:14:35
Waar is Bewaking 2 ?
:14:38
Hij komt ons links voorbij.
- Wat doet hij nou ?

:14:46
Wat heb jij ineens ?
:14:51
Je moet weer achter ze gaan rijden.
Kom op nou.

:14:56
Ray, ik schiet je lek
als je het niet doet.

:15:11
Niet stoppen, doorrijden.
- We moeten ze helpen.

:15:24
We moeten ze eruit halen.
Ik zie John zitten.

:15:31
Sta op.
:15:39
Kom op nou, we moeten hier weg.
:15:42
Straks gaan wij er ook aan.
Goed, goed.


vorige.
volgende.