:50:00
Weet zij dat?
:50:06
- Je zit in een heel lastig parket.
- Dank je. Eet mijn pinda's maar op.
:50:12
Ik zal er zijn. Veel geluk.
:50:14
- Wat doe je nou?
- Dit is een hoerendrankje.
:50:18
- Geef hier. We gaan ervandoor.
- We moeten morgen vroeg op.
:50:33
De schoft.
:51:36
Raak hem niet aan.
:51:41
Wat stelt dat voor, Renko?
Wat doet hij hier?
:51:44
- Wat is hier aan de hand?
- Wie is dat?
:51:49
Een vriend.
:51:54
Hij heeft mijn honden gedood.
:51:57
Ik heb hem gevild
omdat hij mijn honden heeft afgemaakt.