:55:00
Nu zal hij vast ook proberen
m'n olieproject te dwarsbomen.
:55:05
Ik moet hem uit de weg ruimen.
- Hoe ? Je kunt hem niet neerschieten.
:55:10
Kryptoniet.
- Wat ?
:55:14
Kryptonitis ? Ik weet niet hoe je het
noemt, maar daar kan hij niet tegen.
:55:20
Hoe kan jij dat weten ?
- Ik kan heus wel iets.
:55:23
Dat las ik op de muur van het toilet.
- Ze heeft gelijk.
:55:28
Ik heb erover gelezen
in een interview met hem.
:55:31
Waar komt dat spul vandaan ?
- Van zijn planeet. Krypton.
:55:35
Waar ligt Krypton ?
- Nergens.
:55:38
Krypton is ontploft. Superman kwam
hierheen toen hij nog een baby was.
:55:43
Ik weet ook wel wat, hoor.
:55:45
Weet je wat er gebeurt
als een planeet ontploft ?
:55:49
Dan vliegen de brokstukken door de
ruimte. We moeten die locatie zoeken.
:55:55
Gus maakt contact met de satelliet.
- Gus heeft eens nagedacht.
:56:00
Goed, daarom heb ik je aangenomen.
:56:03
Ik vind eigenlijk dat ik hier
niet genoeg voor vang.
:56:07
Gus, als ik ergens een hekel aan heb,
is het wel aan hebzucht.
:56:12
Hebzucht ? Mr. Ross, laat me u
nou toch eens even wat zeggen.
:56:18
Ik kan niet skiën.
:56:50
Gus laat de satelliet zoeken naar de
plek waar Krypton zich ooit bevond.