1:50:11
We staan op de grond, Gus.
1:50:14
Alles goed, Super ?
- Prima. Een momentje.
1:50:21
Kunnen jullie zo'n ding missen ?
- Zeker, Superman.
1:50:25
Dat is Superman toch ?
- Je zag ons toch aan komen vliegen.
1:50:32
En of dat Superman is. Wij zijn de
enige mannen die zo kunnen vliegen.
1:50:39
Gus, we moeten verder.
- Ik wou eigenlijk de bus nemen.
1:50:45
Heeft jullie baas een computer ?
- Hij heeft een kleintje.
1:50:50
Zeg hem dan maar dat hij Gus Gorman
een baan geeft als hij slim is.
1:50:56
Bedankt, Super.
- Hou je haaks.
1:51:00
Tot ziens.
1:51:08
Doei.
1:51:12
Hou je haaks, man.
1:51:15
Je referenties zijn prima,
dus als je die baan wilt...
1:51:22
Nee, dit is niks voor mij. Kunnen
jullie me het busstation wijzen ?
1:51:28
Dat ligt ongeveer 16 km die kant op.
- Ongeveer 16 kilometer...
1:51:35
Dus je hebt echt met hem gevlogen ?
- Heb je Superman al eerder gezien ?
1:51:40
Nee.
1:51:43
Weet je het nog niet
van mij en Superman ?
1:51:51
Ja, wij kennen elkaar al heel lang.
Soms gaan we samen wel eens...
1:51:58
16 kilometer ? Ik denk dat ik deze
keer toch maar eens ga lopen.