Subway
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:28:03
Hoe laat belde hij terug?
-Rond vier uur 's nachts.

:28:09
Zei hij niets over het geld?
-Nee.

:28:14
Hij geeft je de papieren terug,
maar eerst wil hij je zien. Alleen.

:28:21
Wat doe jij dan hier?
:28:30
Hoe kun je in zo'n hol wonen?
:28:34
Er is nooit zonlicht.
:28:37
Iets ergers is er niet.
:28:46
Maar een beetje licht doet wonderen.
:28:56
Dat houdt je schoon.
:29:02
Moet je dat pak zien.
:29:08
Kijk maar of hier iets tussen zit.
:29:13
Zo kun je niet rondlopen.
:29:17
Je lijkt net een toerist.
:29:20
Juffrouw?
-Mevrouw. Goedemorgen.

:29:23
Zou ik commissaris Gesberg
kunnen spreken?

:29:27
Mag ik vragen waarover?
-Het is privé.

:29:30
Hij is er op het moment niet,
maar hij komt zo terug.

:29:34
Wilt u op z'n kantoor wachten?
-Graag. Dank u.

:29:45
Ben je al op?
:29:49
Dat jasje staat je prima.
-Vind je?

:29:52
Ja, echt.
-Luister eens...

:29:57
ik heb een interessant voorstel.
-Zullen we eerst koffie gaan drinken?


vorige.
volgende.