:34:00
Dat probeer ik te doen:
je perspectief uitdagen.
:34:06
Je ongemakkelijk laten voelen.
:34:22
Nog steeds ongemakkelijk ?
:34:25
Zeker.
:34:32
Je zei dat je vader 'n dagboek had ?
:34:38
Mag ik 't zien ?
:34:43
- Ja.
- Nu ?
:34:46
Dan moet ik zoeken.
:34:49
Dat duurt niet zo lang.
:34:54
Misschien ligt 't in de berging.
Ik weet 't niet.
:34:58
Wanneer zag je 't voor 't laatst ?
:35:00
- Twee weken geleden.
- Er is geen dagboek, hé ?
:35:04
- Jawel.
- Maar je hebt 't niet ?
:35:08
- Neem jij altijd kruisverhoren af ?
- Alleen als mensen liegen.
:35:26
Ik heb niets uit 't leven van m'n vader.
:35:29
Er was 'n dagboek. Er waren schilderijen.
Er was 'n brand.
:35:34
Ik heb je hulp nodig.
:35:38
Ik loog eerder tegen je, want...
:35:43
ik vond de waarheid niet goed genoeg.
:35:49
Hij is er.
:35:50
- Wat ?
- Hij is er.
:35:55
- Niemand.
- Ik voel 't.
:35:57
- Ik moet slapen.
- Dat kan hier.