:08:23
Het is gebeurd. Hij vroeg me.
:08:27
- En ik zei ja.
- Gefeliciteerd.
:08:31
Niet meer rondhangen
en op de telefoon wachten?
:08:36
Ben je verliefd?
:08:41
- Ik geloof 't wel.
- Wie is de jongen?
:08:45
Hij heet Blane. Een vierdejaars.
Hij is zo mooi.
:08:50
En hij is een rijkie.
:08:53
- Een wattie?
- Rijk. Stom eigenlijk.
:08:56
Z'n ouders hebben massa's geld.
:08:59
- Is dat 'n probleem?
- Ik weet niet.
:09:02
Z'n vrienden hebben geld.
Hij heeft geld.
:09:05
Hij rijdt in een BMW.
:09:07
Ik weet niet of ze me accepteren.
:09:11
Hoezo?
Jij vindt hem aardig, hij vindt jou ook.
:09:15
Z'n vrienden zijn onbelangrijk.
:09:18
Niet alleen zijn vrienden.
De mijne ook. Ledereen.
:09:24
Nou, sta pal.
:09:26
Het is 't waard.
:09:29
- Ja?
- Niet soms?
:09:34
Je hebt gelijk.
:09:36
- Ik reageer te sterk, h รจ?
- Niet per se.
:09:40
Een goede kus
kan iedereen in de war maken.
:09:45
Maak je geen zorgen.
Wacht tot morgen.
:09:50
Welterusten, schat.
:09:58
O, lieverd.