Overboard
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:08:02
Er landen steeds muggen
op mijn nagellak.

:08:06
Straks loop ik rond
met dode muggen op mijn vingers.

:08:10
- Toe.
- Jij hebt makkelijk praten.

:08:12
Jij krijgt geen kroeshaar
van deze pekelplas.

:08:16
Ik lijk wel een bosjesman.
:08:18
Waarom ga je dan niet binnen zitten ?
:08:21
Omdat die ongelikte beer
met mijn kleerkast bezig is.

:08:26
Hij zweet zich te pletter.
:08:28
Ik vraag me af of hij wel zindelijk is.
:08:30
Zo'n vaart zal het niet lopen.
:08:33
- Wat ?
- Hij luistert mee.

:08:35
- Wie ?
- Die timmerman.

:08:37
Hij heeft alles gehoord.
:08:41
Het was jouw idee, Joanna.
Los het zelf maar op.

:08:45
- Vooruit, mannen.
- De motoren zijn klaar.

:08:48
Dan kunnen we weg.
:08:50
Dat was het, mevrouw.
Wilt u uw sieraden weer om ?

:08:53
Nee, ik ben nog steeds plakkerig.
:09:10
Nog even de tanden op elkaar
en dan kan ik ervandoor met m'n poen.

:09:14
Vermaak je je een beetje ?
:09:17
- Wat krijgen we nu ?
- Ik ben klaar.

:09:21
- Wat zegt u ervan ?
- Wat stelt het voor ?

:09:23
Een heel speciaal schoenenrek.
Bent u er klaar voor ?

:09:26
Als u hieraan trekt, gaat dit naar achteren
en dat naar voren en hebt u twee keer...

:09:31
Dat zal allemaal best,
maar waar is het van gemaakt ?

:09:34
Van hout, natuurlijk. Eikenhout.
:09:37
Een eiken kleerkast ?
:09:40
- Waarom kijk ik daar nog van op ?
- Geen idee. Waarom ?

:09:43
Kleerkasten horen van cederhout
te zijn. Anders krijg je motten.

:09:48
Aan de Grote Oceaan
zitten niet zo bar veel motten.

:09:52
Maar als u cederhout wilt,
begin ik gewoon opnieuw.

:09:55
Alleen gaat u dat dan wel
twee keer zoveel kosten.

:09:59
- Hoezo ?
- Dan heb ik twee kasten gebouwd.


vorige.
volgende.