:16:25
Hij heeft erg goede armen.
:16:29
Hij is niet gevallen.
Ondenkbaar.
:16:32
Wat bedoel je met dat woord.
Ik begrijp niet wat je zegt.
:16:38
Mijn god, hij klimt.
:16:42
Wie hij ook is, hij heeft ons
met de prinses gezien en moet sterven.
:16:45
Jij draagt haar.
:16:47
Wij gaan direct naar de Guilder grens.
Kom achter ons aan als hij dood is.
:16:50
Als hij valt, goed.
Zo niet, het zwaard.
:16:53
Ik maak er wel een duel van.
:16:55
Je weet hoeveel haast we hebben.
:16:57
Dat is de enige bevredigende manier,
anders is het te snel gebeurd.
:17:02
Zie maar wat je doet.
:17:11
Pas goed op jezelf. Mensen
met maskers zijn niet te vertrouwen.
:17:16
Ik sta te wachten.
:17:31
Hallo daar.
:17:36
Het gaat maar langzaam hé ?
:17:38
Ik wil niet grof zijn, maar
dit is niet zo makkelijk als het lijkt.
:17:41
Ik zou het waarderen
als u me niet wilt afleiden.
:17:44
Sorry.
- Dank u.
:17:55
Ik neem aan dat u niet
wat sneller aan kunt doen ?
:17:58
Als u zo'n haast heeft,
kunt u een touw of tak laten zakken.