:48:00
en dat ding bedekte hem helemaal...
:48:02
en dat... loste hij op
terwijl ik daar stond te kijken.
:48:07
Ik denk dat ik dit zag.
:48:10
Ik geloof je.
:48:23
Weet je, veel mensen waren er ten stelligste van
overtuigd dingen te zien die niet bestaan,
:48:27
weet je,
zoals vliegende schotels.
:48:29
Als de lichtinval, de hoek en de
verbeelding samenspelen.
:48:33
Jongens, als het dat is,
Dan is dit juist een doodgewone nacht.
:48:38
Jij en ik gaan slapen,
En als we morgen opstaan...
:48:42
gaat de zon weer schijnen,
juist zoals ze gisteren deed.
:48:46
Goed oud gisteren.
:48:48
Steve, wel, je geloofd
Dat je het gezien hebt, nietwaar ?
:48:53
Ik weet het niet. Ik...
:48:55
Dat is niet waar, Steve.
:48:58
Wel, misschien, misschien wil
je het nu niet geloven.
:49:02
Misschien wil je jezelf wijsmaken
dat het niet gebeurd is.
:49:05
Maar, Steve, jij bent niet de persoon
die iets de rug kan toekeren...
:49:09
waarvan je weet dat het gebeurd is.
:49:13
Ik weet het niet.
:49:15
Wel, je hebt toch gezien wat er
gebeurd is met dokter Hallen.
:49:18
Hoe weet jij dat ik het gezien heb ?
:49:20
Omdat ik je ken.
:49:30
Wat doen we nu ?
:49:35
Hoe scherm je de mensen tegen
iets waarin ze niet geloven ?
:49:38
Wel, je blijft proberen
En hopen dat je iets kan vinden...
:49:42
een soort bewijs
dat hen zal overtuigen.
:49:49
Ik voel er niet veel voor,
:49:51
maar ik denk dat de enige manier om deze
bewijzen te vinden is... ze te gaan zoeken.
:49:57
Ik haal de wagen.