:51:06
Ik vroeg papa of ik m'n hand in het
water mocht steken.
:51:12
Hij lachte omdat ik zo schuchter deed.
:51:18
En toen proefde ik het zoute
water aan m'n vingers.
:51:26
Wat raar om zoiets te onthouden.
:51:30
Niet raarder dan wat de meeste
mensen onthouden.
:51:33
Hé boy.
:51:37
Wat moet dat met die auto ?
- Dat is mijn auto, agent.
:51:42
Mag ik uw papieren even zien ?
En jouw rijbewijs, boy.
:51:57
Wat staat daar ? Wertheran ?
- Werthan.
:52:01
Nooit gehoord. Wat is dat voor naam ?
:52:04
Hij is van Duitse origine.