Henry V
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:13:02
Met heel mijn hart
heb ik die vechtjas lief.

1:13:11
Wat is uw naam?
-Hendrik le Roy.

1:13:17
Een naam uit Cornwall?
-Nee, ik kom uit Wales.

1:13:23
Kent u Fluellen?
-Ja.

1:13:26
Zeg hem dat ik op Sint David
z'n prei op z'n kop zal meppen.

1:13:30
Draag dan geen dolk in uw muts,
anders slaat hij u.

1:13:35
Bent u zijn vriend?
-En ook zijn bloedverwant.

1:13:40
Dan kunt u de pot op.
-Dank u, God sta u bij.

1:13:45
Mijn naam is Pistool.
-Die past goed bij uw vurigheid.

1:13:57
Kapitein Fluellen.
1:14:02
ln godsnaam, niet zo hard.
1:14:09
Als je de oorlogen
van Pompeius de Grote bestudeert...

1:14:13
...zal je merken dat er
in zijn kamp niet getaterd werd.

1:14:19
De vijand maakt ook lawaai.
Je hoort 'm de hele nacht.

1:14:23
Als de vijand
een ezel en een idioot is...

1:14:27
...wil dat zeggen dat wij dan ook
ezels en idioten moeten zijn?

1:14:32
Zeg nou zelf.
1:14:35
lk zal zachter praten.
-lk vraag 't je met klem.


vorige.
volgende.