January Man
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:47:06
- Waar ga je heen?
- Stukje lopen.

:47:09
- Waarheen?
- Nergens.

:47:12
Bij jou vandaan.
:47:18
Wat weet je over de zaak?
:47:22
Die man kan goed met sloten overweg.
:47:25
Hij heeft zeven keer 'n slot opengebroken.
Sloten die niet open te breken waren.

:47:32
Wat nog meer?
:47:34
Hij is niet alleen goed met sloten,
hij is gewoon heel slim.

:47:38
Heel snugger, op 'n bepaalde manier.
:47:41
Zo gek als 'n deur.
:47:45
Je moet heel slim zijn om 1 1 moorden
te plegen zonder gesnapt te worden.

:47:50
Je moet helemaal verknipt zijn
om 1 1 moorden te plegen.

:47:53
Of je weet nog niet wat het motief is.
:47:57
Dat klopt.
Maar dat is 'n probleem op zich.

:48:00
lk weet wel wat het motief is.
:48:02
Wat dan?
:48:04
Hij is heel boos op vrouwen.
:48:08
Gut, briljant, zeg.
:48:10
Het komt vast door z'n moeder.
:48:12
Het blauwe lint is interessant.
:48:15
Een blauw lint is 'n prijs.
:48:21
Misschien beloonde de moeder hem
met iets dat hem verstikte.

:48:27
Misschien waren het wel de beloningen
waardoor hij zich verstikt voelde.

:48:34
Hij is vast 'n echte streber.
:48:40
''Prima kwaliteit.'' Prima, priem.
:48:45
Waar heb je 't over?
:48:48
lk weet bijna wanneer hij weer toeslaat.
:48:51
- Wanneer dan?
- lk bel je zodra ik 't weet.

:48:58
Luister, jij en ik hebben
iets gemeen met de moordenaar.


vorige.
volgende.