Awakenings
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:00:32
Ga je mee vissen ?
- De vissen zijn bevroren.

:00:38
Moet je die auto zien.
Gaaf, hé ? Het is vast een Ford.

:00:43
Nee, dat is geen Ford.
:00:45
Wat is het dan ?
- Geen idee, maar `t is geen Ford.

:01:06
Leonard, wat doe je ?
- Wat denk je ?

:01:11
Straks word je betrapt.
:01:17
Niemand te zien.
:01:25
Wat is er ?
:01:56
Leonard. Ga je aankleden.
Het ontbijt staat klaar.


vorige.
volgende.