Night of the Living Dead
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:08:00
Ik weet het niet.
1:08:04
We waren...
1:08:08
op zoek naar een motel.
1:08:12
Jullie auto is omvergeduwd.
Valt er nog mee te rijden ?

1:08:16
Het was een eind verderop.
1:08:20
We hebben gerend.
1:08:22
Het is meer dan 1,5 kilometer.
1:08:25
Johnny heeft de sleuteltjes.
1:08:27
Ga jij zo'n end met dat kind slepen ?
1:08:30
Dat doe ik wel.
1:08:32
Wat is er eigenlijk met haar gebeurd ?
1:08:35
Ze is door 'n zombie gepakt.
- Die heeft haar gebeten.

1:08:40
Wat is er ?
- Wie weet wat voor ziekten ze hebben.

1:08:45
Is ze bij bewustzijn ?
- Niet echt.

1:08:48
Ze is te zwak om te lopen.
1:08:53
Eentje kan de auto halen.
- Ga je 'm alleen rechtop zetten ?

1:08:57
Je kunt niet starten.
Johnny heeft de sleuteltjes.

1:09:03
Heb jij 'n auto ? Waar is ie ?
1:09:06
Je kunt 'm toch niet starten.
- Weet ik. Maar waar is hij ?

1:09:23
Mijn god.
1:09:33
... houden wetenschappers
het stralingsniveau in de gaten.

1:09:38
De mysterieuze straling
wordt steeds sterker.

1:09:44
Zo lang deze situatie voortduurt,
blijft het zo...

1:09:48
dat lijken veranderen
in lijkenetende zombies.

1:09:52
Iedereen die om wat
voor reden ook nu sterft...

1:09:56
wordt weer levend
om op mensen te jagen...

1:09:59
of hij moet in de tussentijd
al zijn verbrand.


vorige.
volgende.