:58:00
- Kan ik je heel even spreken?
- Tuurlijk.
:58:08
- Kom, zo erg kan het toch niet zijn.
- Nee, het gaat over een man.
:58:14
Dat gaat het meestal.
:58:17
Bobby dacht dat je hem wel kende.
:58:20
- Dat zal dan wel. Wie?
- Jack Falkner.
:58:27
- Je kent hem.
- Zo kun je het zeggen.
:58:32
- Je hebt met hem geslapen.
- Nou, veel rust heb ik niet gehad.
:58:39
Hoezo? Wat is er?
:58:43
- Heeft hij...
- Nee, nee. God, ik hoop het niet.
:58:51
Jezus, ik schrok even. Ik dacht dat
je van het aids-informatieteam was.
:58:58
Mag ik je iets persoonlijks vragen?
:59:01
Met wie ik slaap is niet persoonlijk
meer? Wil je weten of ik rook?
:59:10
- Heb je hem onlangs nog gezien?
- Tja, een paar dagen geleden.
:59:15
Zaterdag. Zaterdagmiddag.
:59:21
- Zaterdagmiddag...
- Hoezo?
:59:24
Lk was zaterdagavond bij hem.
Dat zijn twee vrouwen op één dag.
:59:30
Waar we van weten. Wat zou je niet
over hem oppikken met 'n antenne.
:59:37
Hoe kun je daarom lachen?
Het is walgelijk. Zeker in deze tijd.
:59:42
Jij laat toch niet over je lopen.
Koop condooms.
:59:47
Trek het je niet aan.
Hij mag je waarschijnlijk graag.
:59:52
Heeft hij bij jou ook de grote
Walt Whitman-speech afgestoken?
:59:57
- Die over genialiteit.
- Ik geloof het niet.