1:07:01
- Wie was er in je hotelkamer in Miami ?
- Wat
1:07:05
- Wie belde Munro vanuit je kamer ?
- Ik weet niet waar je 't over hebt.
1:07:09
Je weet 't wel.
1:07:10
Je zette er iemand neer.
Je kwam 'm doden.
1:07:13
Niet waar.
1:07:14
- Zeg verdomme de waarheid.
- Alsjeblieft, dat doe ik.
1:07:19
Er was niemand.
1:07:22
Iemand liegt.
1:07:25
Dit begrijp ik niet.
1:07:33
Ik kreeg net een telefoontje.
1:07:34
Iemand zag vorige week 'n auto
die bij Camelia Lake geparkeerd stond.
1:07:38
'n Glimmende zwarte.
1:07:40
- Wie belde er ?
- Anoniem.
1:07:56
Heb je iets gevonden
1:07:58
Ik zie niets.
1:08:00
We hebben niets. We komen aan boord.
1:08:02
Misschien moeten we terugkomen.
1:08:04
- Denk je dat het hier is ?
- Ik weet het niet.
1:08:08
Ik heb hulp nodig.
1:08:11
Dat was het dan.
1:08:12
Wacht. Ik denk dat we iets hebben.
1:08:16
Jee, ik denk dat we hem hebben.
1:08:53
Ik denk dat hij het is.
1:08:55
Je hebt een grote moordzaak, Kyle.