1:31:01
Wat doen jullie bij m'n klantoor ?
1:31:05
Wegwezen, ik heb hier
een spoedgeval.
1:31:08
Maak ruimte.
1:31:15
Dag, mama.
Wat is dit ?
1:31:19
Het is gewoon een vrouw.
-Je hebt het wel over m'n echtgenote.
1:31:30
Hier naar boven.
1:31:40
Ik hou je wel.
1:31:43
Vooruit, maak ruimte.
1:31:45
U had het over een zwangere man.
-Er is ook een zwangere man.
1:31:55
Hij krijgt een kind, dat zweer ik.
1:32:00
Je bent ontslagen.
1:32:07
Waarom stoppen we op de tweede ?
-Een verrassing.
1:32:10
De operatiezaal boven is klaar.
Mooi.
1:32:13
Zijn ze er al ?
-Nog niet.
1:32:18
Hou op met puffen. We zijn alleen.
1:32:22
Denk aan de kleine vogeltjes.
1:32:26
Hierheen.
1:32:28
Weg met die vogeltjes.
-God zij dank. Angela opstaan.
1:32:33
Wat is dit ?
-Onze patiënt.
1:32:35
Wat mankeert hem ?
-Ik denk dat z'n baby verstrikt zit.
1:32:40
Z'n baby ?
1:32:56
Kleed hem uit.