:49:26
Kom op.
:49:27
- Waar is je auto ?
- Dat weet ik niet.
:49:30
Uw auto staat hier.
:49:43
Ik zet 'm wel overeind.
:50:07
Wie ben jij ?
:50:08
Ik ben in dienst van de overheid.
:50:10
Gelul.
:50:11
Rij nou maar, niet te hard.
:50:12
Waarheen ?
:50:13
Dat zie je vanzelf.
:50:21
Dit was niet afgesproken, Robert.
:50:25
Hij was er weer.
:50:27
Stop. Ik neem contact op volgens afspraak.
:50:33
Langzamer.
:50:33
Dat gaat niet, ik ben te nerveus.
:50:36
Langzamer.
:50:38
Die andere vent,
werkt hij ook voor de overheid ?
:50:42
Het is iets tussen jullie, hè ?
:50:44
Laat mij er dan buiten.
:50:47
Dat kan niet.
:50:49
Jij bent het doelwit.