1:00:09
Hé, Earl.
- Hoe is het?
1:00:22
Ga hier maar zitten.
Hier kun je meer zien.
1:00:34
Waar zijn je vrienden?
1:00:38
Je vrienden.
- Die komen wat later.
1:00:42
Een fles van de beste champagne.
- Ze zijn allemaal hetzelfde.
1:00:48
Doe maar een fles.
1:00:57
Je ziet er erg leuk uit.
1:01:00
Wat is hier aan de hand?
- Hoe bedoel je?
1:01:03
Wat is dit?
- Waar heb je 't over?
1:01:06
Wat is dit voor Al Capone-gedoe?
1:01:10
Wie is dat meisje?
- Welk meisje?
1:01:13
Dat meisje daar.
1:01:17
Dat is m'n boekhoudster.
1:01:20
Je lult uit je nek.
- Ze is heel goed met cijfers.
1:01:24
Ik heb zin om een enorme scène
te schoppen, Paul.
1:01:29
Het is m'n nichtje.
We hebben een beetje ruzie gehad.
1:01:33
Dag Paul, ik ga ervandoor.
1:01:37
Ze is m'n ex-vriendin.
1:01:40
Ze heeft nu iets met een lul van een
slager van 40. Ik word er gek van.
1:01:47
Ik wilde haar jaloers maken.
1:01:51
Waarom zei je dat niet meteen?
1:01:55
Schop alsjeblieft geen scène.
1:01:58
Dat doen we samen.