:40:00
'Ga niet bij deze kist staan.'
:40:06
Die jongen was even onschuldig
als maagdelijke sneeuw.
:40:13
Maar ik moet hier staan, omdat ik u
niet gaf waar u recht op had.
:40:19
Pas als we ons buiten
kunnen ontspannen...
:40:23
... op straat kunnen lopen
als op een boulevard...
:40:27
... zonder angst in parken
kunnen samenkomen...
:40:30
... als onze gezinnen en kinderen
kunnen lachen...
:40:35
... pas dan hebben wij een stad.
:40:38
Tot het zover is, mag u mij
een mislukkeling noemen.
:40:43
De eerste en beste burgemeester
was een Griek:
:40:47
Pericles van Athene. Hij leefde
2500 jaar geleden, en hij zei:
:40:53
'Alle goede dingen van deze aarde
stromen naar de stad...
:40:59
... omdat de stad zo groots is.'
:41:03
Wij zijn ook ooit groots geweest.
:41:07
Kunnen we niet weer groots worden ?
:41:10
Ik leg die vraag voor
aan James Bone, en het blijft stil.
:41:18
Maar kan ik desondanks niet iets
leren van dat lieve kind ?
:41:24
Kan hij er niet voor zorgen
dat ik de kracht krijg...
:41:31
... de kennis te vinden
en de moed te verzamelen...
:41:36
... om de zware taak te volbrengen
de stad leefbaar te maken ?
:41:43
Gewoon leefbaar ?
:41:45
Er was een stad die een paleis was.
Het was een paleis. Een paleis...
:41:52
... en dat kan het weer worden.
:41:55
Een paleis zonder koningen,
hertogen, graven of prinsen...