:29:03
We kijken tweemaal per dag
in het Grand Central Station.
:29:07
Oké. Zet alles op alles.
Hij zal inmiddels wel dood zijn, maar...
:29:15
Nee, hij leeft nog.
:29:19
Hij heeft medicijnen nodig.
Ik stel er wel 'n lijst van op.
:29:47
Misschien vergist u zich.
:29:51
Dat lijkt me niet.
- Met wie heeft u gesproken ?
:29:55
Ik heb z'n naam niet.
Iemand belde me terug.
:29:59
Om één uur 's nachts. Hij gaf u
een doodsoorzaak die u niet gelooft.
:30:05
Ik snapte er niks van.
- Dat begrijp ik.
:30:09
Ik heb geen dossier van die man.
:30:12
Ik denk het wel. Kunt u niet nog 's kijken ?
Minkins. M-I-N-K-I-N-S.
:30:19
Longembolie.
- Ik heb geen dossier van die man.
:30:24
Wie is hier eigenlijk de baas ?
- Dat ben ik.
:30:30
Ik ben hier sinds middernacht,
en ik heb u niet gebeld.
:30:35
Dus niemand heeft me gebeld.
M'n fantasie sloeg gewoon op hol.
:30:42
En u heeft geen dossier
van een patiënt van me die is overleden.
:30:47
Uw ziekenhuis raakt regelmatig
patiënten kwijt. Dood én levend.
:30:53
Wat zei u ? Wat zei u ?
:30:59
U bent een eng mannetje, hé ?