Ransom
prev.
play.
mark.
next.

1:22:04
Nee. Je doet ´m niks.
Zo stom ben je niet.

1:22:08
Dan ga ik je slopen.
1:22:10
Kijk naar ´t gezicht van je vrouw.
Bij je zoon wordt ´t erger.

1:22:15
ls het donker daar?
1:22:17
Een kelder?
Nou, wen er maar vast aan.

1:22:21
Je zult levenslang in ´t donker
kruipen.

1:22:23
lk zal niet rusten voor ik je
gevonden heb.

1:22:28
Je lult, man.
1:22:31
Mij bedreigen?
Geef me dat geld!

1:22:34
Je kan barsten. Heb je me niet
verstaan? Geen geld!

1:22:39
Denk je dat dit erg is?
1:22:41
Wacht maar tot je zoon dood is
over een uur.

1:22:46
Dan kun jij je beter ook
van kant maken.

1:22:50
Want als ik je vind,
sterf je langzaam.

1:22:53
lk ga je folteren.
1:22:55
Je kop gaat op ´n spies!
1:22:58
lk maak ´m nu af, klootzak!
1:23:00
Dan maak je jezelf af, schoft.
1:23:03
M´n zoon terug!
1:23:05
Wil je ´m terug? Wil je ´m terug?
1:23:23
lk vermoord je, Mullen.
1:23:33
Klootzak! Je hebt ´m vermoord.
1:23:36
Vuile klootzak!
1:23:41
Luister even!
1:23:43
Jij hebt ´m vermoord! Zij niet!
1:23:46
Rustig, Kate. Neem haar mee.
1:23:50
lk wilde alleen maar even

prev.
next.