1:49:07
Deze boeken zijn voor jou.
1:49:10
Je mag je boeken niet weggeven.
1:49:13
Ze zijn voor jou.
1:49:23
Misschien dat jij er meer
van begrijpt dan ik.
1:49:27
lk heb een boekenlegger voor je
in dat kerstboek gelegd.
1:49:40
Heb jij soms ook een voorgevoel,
zonder te weten waarom?
1:49:46
lk heb dat voorgevoel vandaag.
1:49:49
Wat voor voorgevoel is dat?
1:49:52
Alsof alles anders is. lk weet 't niet.
1:49:58
Je gaat weg. Waar of niet, Karl?
1:50:09
Wil je iets voor me doen
als ik dat vraag?
1:50:13
Natuurlijk. Zeg 't maar.
1:50:18
Als je hier vanavond weggaat, moet je
niet naar huis gaan, naar die Doyle.
1:50:27
Hij heeft 't op je gemunt.
lk heb daar een voorgevoel van.
1:50:31
Je hoort daar niet te zijn als hij
drank op heeft. Je moeder ook niet.
1:50:38
Als je hier straks weggaat,
ga dan naar die vriend van je moeder.
1:50:47
Dat moet je me beloven.
1:50:50
Oké, dat beloof ik je.
1:50:54
Komt alles goed? Met jou ook?