1:49:00
Proberen je niet te verwachten.
1:49:06
Maar als het laat was geworden.
1:49:10
En ik was niet gekomen.
1:49:14
Dan denk ik dat daar een reden
voor moest zijn.
1:49:18
Je zou me niet zijn gaan zoeken?
1:49:23
Daardoor zou ik bijna niet willen komen.
1:49:31
Dan zou ik mezelf zeggen,
hij heeft de hele dag lopen zoeken.
1:49:36
In de nacht wil hij gevonden worden.
1:49:44
Ik wil dat je me zult vinden.
Ik wil gevonden worden.
1:50:07
Ik zoek luitenant Singh.
-Hij slaapt.
1:50:11
We moeten aan het werk.
-Ik zal het hem zeggen.
1:50:17
Wat is er? ls het een mijn?
-Het is een bom. Bij het viaduct.
1:50:23
Moet hij gaan?
-Hoe bedoelt u?
1:50:26
Als je hem nou niet kon vinden?
Niet vandaag, niet deze ochtend.
1:50:31
Wat gebeurt er, ben ik nodig?
-Ben bang van wel, sir.
1:50:36
Ga niet, ik ben bang.
1:50:39
Dit doe ik nou eenmaal.
Ik doe dit elke dag.