1:42:00
Ik ben uw chauffeur vanavond.
1:42:04
Tommy maakt het goed, hoor.
1:42:07
Hoogst ongewoon.
1:42:10
Hoe noem ik jou ?
1:42:12
Luther, meneer.
1:42:15
En ken je de weg
naar mijn huis, Luther ?
1:42:19
Reken maar, meneer.
1:42:21
Ik ken al uw huizen.
1:42:23
Ik heb u beroofd.
1:42:28
En u wilde me vermoorden.
1:42:32
Jammer dat ik gemist heb.
1:42:36
Ik geloof in het Oude Testament...
1:42:39
... in oog om oog, tand om tand...
1:42:41
... na een vreselijke daad.
1:42:44
Een daad zoals de jouwe.
1:42:47
Dat wilt u graag geloven.
1:42:49
Dat zou gemakkelijk zijn.
1:42:51
Wat heb ik hier te winnen ?
1:42:54
Geen flauw idee.
1:42:56
Ga je me weer beroven ?
1:42:58
Ik heb uw geld niet nodig.
1:43:00
Bent u nog in uw kluis geweest ?
1:43:03
Ik heb alles teruggelegd.
1:43:07
Het is wat laat
om mildheid te verwachten.
1:43:14
De kaarten worden geschud.
1:43:17
Speelt u mee of niet ?
1:43:19
Wilt u weten wat er gebeurd is
of niet ?
1:43:21
Ik was erbij.
1:43:24
Ik wil het weten.
1:43:26
Denkt u dat u het aankunt ?
1:43:28
Hoe hij haar sloeg en wurgde ?
1:43:31
Wilt u dat echt weten ?
1:43:33
Ik zou zelfs door vuur lopen.
1:43:37
Ik zat in de kluis.
1:43:40
Ze waren dronken.
1:43:41
Hij sloeg haar.
1:43:43
Ze vocht terug.
1:43:45
Hij werd erg ruw.
1:43:47
Ze wilde zich verdedigen.
1:43:49
Hij begon te roepen...
1:43:51
... de vuile lafaard.
1:43:54
Wie was er nog meer ?
1:43:56
De geheime dienst.
Zij hebben haar gedood.
1:43:59
Onzin.