Brat
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:28:35
Geachte meneer!
:28:38
Koop een meloen!
:28:42
-Zijn ze lekker?
- Natuurlijk, kijk maar! Niet gek, hé?

:28:45
- lk heb er zelf zeven opgegeten.
- Geef maar.

:28:50
- Hoe duur?
- Maar 6000.

:28:55
Bedankt en eet ze!
:29:42
Wat een gedoe!
:29:45
Daar, die met de meloen!

vorige.
volgende.