Metro
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:30:04
Wat is er ? Is ze daar ?
1:30:24
Roper, wat is er ? Wat is dat ?
1:30:40
Mis je iets, Roper ? Ik heb 't.
1:30:45
jij hebt iets dat van mij is.
'Dat wil ik terug.

1:30:49
kwart over vier, morgen.
Mare lsland, noordelijke ingang.

1:30:55
Ligplaats 16.
1:30:57
Als ik nog 'n agent ruik,
stuur ik haar in stukjes terug.

1:31:05
Hij doodt haar toch. Als ik 't spul
breng, dan vermoordt ie ons allebei.

1:31:12
je kan dit niet van mij vragen.
- Hij heeft Ronnie. Zo benader ik m.

1:31:18
Ga ermee naar de officier.
'Dit kost me men baan.

1:31:23
Als die erbij betrokken raakt,
is ze dood. 'Die vent is 'n maniak.

1:31:28
Ik krijg maar een kans met die vent.
Voor Mary zou jij hetzelfde doen.

1:31:35
Niet dan ?
1:31:38
Hopelijk gebeurt dat nooit.
1:31:47
'Dit gesprek heeft niet plaatsgehad.
Ik heb je niet gezien.

1:31:54
Nu moet ik even zeiken.

vorige.
volgende.