1:43:07
Waarom was hij niet verdoofd?
-Hij heeft Carfentanil gekregen.
1:43:12
Dan raakt ie in 'n coma.
-Dus kreeg hij 'n pepmiddel.
1:43:17
We wisten de dosering niet.
-En dan geef je maar wat?
1:43:20
Hij slaapt half, en dendert door.
-Alles oké.
1:43:24
Nog dino's aan boord?
1:43:26
Het jong is ingevlogen. Dit gebruikten we.
1:43:34
Waar is het jong?
1:43:37
Het is veilig.
1:43:42
Dat beest is uitgedroogd.
Hij gaat ergens drinken.
1:43:46
Dan zoekt ie wat ie nog nodig heeft.
1:43:48
Hier kunnen we 'm vastzetten.
Hij moet naar de haven.
1:43:52
Wat bedoel je?
-Hij kwam naar de trailer.
1:43:56
Dat gaat ie hier vast ook doen.
1:44:04
Waar is het jong?
1:44:09
Op 'n veilige plek. Hoezo?
1:44:14
Waar is die plek?