The Saint
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:39:04
lk zeg `t niet.
Wat doet `t ertoe?

:39:10
Hoe heet jij?
-Emma.

:39:13
Emma.
Nu weet ik meteen alles van je.

:39:18
Je bent een genie.
:39:23
Je hebt een zwak hart.
:39:28
Je hebt prachtige dromen.
Veel moed.

:39:33
Onbevreesd in `t leven.
Dat heb je van je vader.

:39:39
Je kunt voor geen meter koken.
:39:43
Je bent dol op vis.
:39:46
lk ben dol op vis, ja.
:39:49
Gek dat je dat weet.
Nu mag ik.

:39:53
Dat wil ik niet.
Drinkje wijn op.

:39:59
lk doe `t toch.
:40:01
Hoe heet je?
:40:04
Mijn naam is Thomas More.
:40:06
lk ben genoemd naar een heilige...
:40:11
...die gestorven is
voor zijn overtuiging.

:40:20
Je werk...
:40:23
...is heel gevaarlijk
en bruisend.

:40:27
En je gedichten zijn prachtig.
Ze raken me.

:40:32
Maarje bent anders.
:40:36
Je bent op de vlucht...
:40:39
...voorje verleden en je verdriet.
:40:42
En toch houd je dat
heel dicht bij je.

:40:49
Dus wees niet bang
voor wie je bent.

:40:53
Want je bent geweldig.

vorige.
volgende.