:24:11
	- Heb je ´n frisdrank ?
- Habla langzaam.
:24:16
	- ´n Gekoelde frisdrank.
- Iets te eten.
:24:21
	Nee, nee. Drinken.
:24:24
	Hou je gedeisd en er gebeurt niets.
Hetzelfde geldt voor jou, eikel.
:24:29
	Geef me ´t geld !
:24:43
	Is dat alles ? Dame, ik heb
schoolgaande kinderen.
:24:48
	Hoeveel heb jij, makker ?
:24:56
	Mooi. Jij levert wat op.
Geef me je tas.
:25:02
	- Er zitten alleen boeken in.
- Ik lees graag. Geef hier.
:25:06
	- ´t Zijn persoonlijke dingen.
- Geef me de tas.
:25:10
	- Nee.
- Nee ?
:25:13
	- Dit loopt fout. Kom op.
- Nee ?
:25:19
	Hij wil me de tas niet geven.
:25:21
	- Hij hoeft ´m niet te geven.
- Kom op !
:25:30
	- Niet m´n trouwring !
- Extra kan geen kwaad.
:25:50
	Moordenaar !