:54:34
	Wat nu ?
:54:53
	Wat is er ?
:54:56
	M'n arm is uit de kom.
:55:00
	Laat me je helpen.
:55:12
	Laat mij maar.
- Nee, ga weg.
:55:30
	Jij bent een van hen, hè ?
:55:35
	Nee, ik ben iets anders.
:55:45
	Ik vond hem toen hij 1 3 was. Hij leefde
op straat en voedde zich met zwervers.
:55:52
	Z'n bloeddorst kwam op in z'n puberteit.
:55:55
	Eerst dacht ik dat hij een vampier was.
:55:58
	Ik had hem bijna vermoord.